Zoals alle gemeentes in Noord- en Midden Limburg, werkt ook Gemeente Bergen aan het energiesysteem van de toekomst. Met de recent afgeronde realisatie van zonnecarports bij het gemeentehuis, voorziet Bergen niet alleen deels in haar eigen energiebehoefte, maar maakt ze ook zichtbaar welke mogelijkheden er zijn op het gebied van verduurzamen. “Als je wil dat anderen in beweging komen, moet je zelf het goede voorbeeld geven,” aldus wethouder Antoon Splinter.
Verduurzaming als integraal onderdeel van het beleid
De zonnecarports maken deel uit van de bredere duurzaamheidsaanpak binnen de gemeente. Al jaren zet Bergen in op energiebesparing en de opwek van grootschalige duurzame energie, zoals op Energielandgoed Wells Meer. Ook werkt de gemeente actief aan klimaatadaptatie, bijvoorbeeld via de regenwaterafkoppeling van de wijk Mozaïek. Het regenwater, dat niet langer naar het riool stroomt, watert nu af in een grote bezinkkelder onder de parkeerplaats bij het gemeentehuis. Daarbij ondersteunt en faciliteert Gemeente Bergen via het programma VerduurSAMEN2030 inwoners en organisaties bij het zetten van stappen richting verduurzaming.
Ondertussen werd het tijd om ook het 60 jaar oude gemeentehuis te verbouwen. Het voldeed niet meer aan de normen van de Arbowet, maar was ook niet het beste voorbeeld wat betreft duurzaamheid. De isolatie was slecht en het gebouw werd verwarmd met zeven oude gasketels. Dat moest anders. Wethouder Splinter vertelt: “Op een gegeven moment zeiden we tegen elkaar: zou het nou niet fantastisch zijn als wij door middel van opwek met zonnepanelen in onze eigen energiebehoeftes kunnen voorzien? ”Ook gemeentesecretaris Bert Timmermans was enthousiast: “We wilden de kansen die zo’n verbouwing met zich meebrengt direct benutten om te investeren in een toekomstbestendige energievoorziening.”
Van idee tot uitvoering: zonnecarports bij het gemeentehuis
Zo gezegd, zo gedaan. “Put your money where your mouth is,” noemt Splinter het. Helaas bleek al snel dat het dak van het gemeentehuis ongeschikt was om in grote hoeveelheden zonne-energie op te wekken. Er werd gekeken naar alternatieven en uiteindelijk bood de parkeerplaats uitkomst. “Op het vliegveld in Weeze hebben ze al jaren zonnepanelen boven parkeerplaatsen,” vertelt de wethouder. “Dat heeft ons geïnspireerd. We wilden er iets moois én functioneels van maken.”
Zodoende zijn er op 36 parkeervakken nu 260 zonnepanelen geplaatst. Deze wekken jaarlijks ongeveer 100.000 kWh op, waarvan 60% direct door het gemeentehuis wordt gebruikt. “Die opbrengst sluit goed aan bij de energiebehoefte van het gebouw,” licht Timmermans verder toe. “We gaan gebruik maken van warmtepompen. Wee verwachten dat het gasgebruik hiermee fors wordt gereduceerd; van 30.000 m3 per jaar naar 10.000 m3. In de exploitatie levert dat een gunstiger beeld op, zowel financieel als qua energieverbruik.”
Koppelkansen
De resterende stroom wordt op dit moment nog terug geleverd aan het elektriciteitsnet. Stroom delen met de omliggende woonwijk, was niet mogelijk. Dat ontslaat je volgens Splinter niet van de plicht om te kijken wat je verder nog kunt doen. Voor de toekomst onderzoeken we daarom de mogelijkheden van opslag.” Timmermans vult aan: “Dat is voorzien voor 2029, 2030. We denken dat de prijs van een batterij dan wat gunstiger zal zijn. Als het lukt om opslag toe te voegen, zullen we die 100.000 kW nog optimaler kunnen gebruiken.”
Leading by example
Wat het project volgens de heren bijzonder maakt, is niet alleen de techniek – maar vooral de boodschap die het uitstraalt. “Dit is een project dat zichzelf communiceert,” licht Timmermans toe. “Inwoners zien het gebeuren. Het roept reacties op – positief én kritisch – en dat is goed. Het zet aan tot nadenken.” Splinter vult aan: “Wat wij hopen, is dat de inwoners hiernaar kijken en zelf denken: wat kan ik bij mij thuis nog allemaal doen. Als je wil dat de mindset van inwoners verandert, dat zij inzien dat ze in hun eigen energiebehoefte kunnen voorzien, dan moet je dat als gemeente natuurlijk ook doen. Je kunt het zien als een showcase. Het helpt bij de bewustwording dat verduurzaming ook in relatief kleine maatregelen kan zitten.”
En… wie volgt er nog meer?
Wat Gemeente Bergen betreft, zijn er volop mogelijkheden voor andere gemeentes om soortgelijke initiatieven te realiseren. “Waar een wil is, is een weg. Vrijwel ieder gemeentehuis beschikt over parkeerplaatsen. Onderzoek wat daar mogelijk is,” adviseert de wethouder. “Wij merkten dat de praktische haalbaarheid groter was dan gedacht. En wie niet onderzoekt, weet zeker dat het niet lukt.” De gemeentesecretaris vult aan: “Omdat het project paste binnen de bredere verbouwing en verduurzaming, was de financiering relatief eenvoudig te organiseren.” Splinter haakt aan: “Buiten dat zijn er natuurlijk best constructies denkbaar waarbij je het wel coöperatief kunt insteken, bijvoorbeeld in het geval van een gemeenschapshuis.”
Gelukkig was het ook niet moeilijk om collega’s te enthousiasmeren. “Als je hier nog een tegenargument voor wilde verzinnen, had je ‘terugverdientijd’ moeten roepen. Maar dat heeft eigenlijk niemand aangehaald. Want als je dit intrinsiek wil, dan maakt die terugverdientijd minder uit. Je wil gewoon werken aan een beter klimaat en van het gas af. Dat is de kerngedachte hierachter.” Splinter benadrukt nogmaals: “Waar een wil is, is vaak ook een weg. En wij laten graag zien wat er allemaal kan. Andere gemeenten zijn van harte welkom om te komen kijken.”
Meer weten over het programma VerduurSAMEN2030 en de stappen die Gemeente Bergen zet op het gebied van duurzaamheid? Bezoek https://www.verduursamen2030.nl/.